Karin: “Bezwaar maken tegen zelfbedachte regels door het CvTE kan niet. Wat volgt? Iedereen een paars pakje aan?”
Ben Wilbrink: Artikel 46 geeft @hetCvTE niet de bevoegdheid om na het examen de afgenomen vragen geheim te houden. Kennelijk heeft @hetCvTE het eindexamenbesluit VO uitgeplozen op welk artikel ze zouden kunnen gebruiken als smoes. Dat heeft een juridische naam: @hetCvTE gebruikt een bevoegdheid (art 46) voor iets waartoe deze bevoegdheid niet is gegeven. De deftige naam is: détournement de pouvoir. Het is een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur. @hetCvTE belazert de kluit. Ik herinner mij dat Jan Wiegers (bestuur Cito) eens heeft getwitterd dat geheimhouding door @hetCvTE een centenkwestie is. (ofwel: bewindslieden hebben de extra kosten voor het aanmaken van meer rekentoetsvragen er niet voor over). Toch heeft @hetCvTE die geheimhouding bij de afwijzing van een WOB-verzoek een staatsbelang genoemd. Dit staaft het ‘belazeren’.
Het is een doorzichtige truc van @hetCvTE om leerlingen en leraren te intimideren door ex cathedra te verkondigen dat die geheimhouding onaanvechtbaar is. Het gaat uiteraard niet om die geheimouding op zich, maar de schending van recht die het gevolg is van die geheimhouding: door deze geheimhouding worden leerlingen gekort in hun recht op een eerlijk examen en dus op het recht om in beroep te gaan tegen ondeugdelijke vragen in de #rekentoets. Noodzakelijke voorwaarde voor dat fundamentele recht is uiteraard dat de examenvragen publiekelijk beschikbaar zijn. Documentatie, o.a. van de Cie Bestuurshervorming (Cie-Slagter): [deze webpagina]. Het tragische is dat de geheimhouding in het kader van normhandhaving (10% van de vragen) een maatregel is die op geen enkele manier noodzakelijk en onontkoombaar is: er zijn talloze andere mogelijkheden voor normhandhaving, @hetCvTE welbekend [advies uitgebracht aan CvE over normhandhaving].
Geheimhouding van eindexamenvragen is een ongehoorde schanddaad, die extra gewicht krijgt in het licht van voornemens van @hetCvTE en andere belanghebbenden om over te gaan tot adaptieve eindtoetsen en eindexamens. Een grof schandaal. Het schandaal is dat op deze slinkse technocratische wijze het onderwijs wordt gestolen van leerlingen en hun ouders. En van leraren (dank voor deze aanvulling, Karin!). De Inspectie van het Onderwjs @onderwijsinsp is toezichthouder op @hetCvTE. Het wordt tijd dat de Inspectie in beweging komt. Leuk hoor, al die ideetjes van denktanks, dezer dagen. Maar nu even oogkleppen af, en opletten! @onderwijsinsp @hetCvTE
https://twitter.com/benwilbrink/status/662379462655389696
Conclusie uit bovenstaande: met geheimhouding vd #rekentoetsvragen overschrijdt CvTE zijn bevoegdheid
De Wet College voor Toetsen en Examens somt limitatief op wat de taken van het CvTE zijn, en daar hoort NIET het geheimhouden van rekentoetsvragen bij. Zelfs niet binnen het tijdvak (enkele dagen) waarin de rekentoetsen digitaal worden afgenomen.
Grant Wiggins (Nov 8, 2014). A Fair Test: Ban Secrecy. blog
Google "test item secrecy".
s
Randi Weingarten telle Pearson shareholder meeting “to stop spying on children through their social media accounts. And she requested that Pearson stop lobbying and making campaign contributions to politicians for the sake of their testing business.” blog
Is er een inzageprocedure voor de rekentoets? Ja en nee. Twitter draad
Dit is een nationale schande, het gaat immers om eindexamenopgaven, opgaven bovendien waarvan genoegzaam is aangetoond, ook ten overstaan van de onderwijscommissie van de Tweede Kamer, dat veel te veel vragen in ernstige mate ondeugdelijk zijn.
Bewaartermijn
Vanwege de mogelijkheid tot inzage moet een bewaartermijn in acht genomen worden voor de digitale bestanden met de antwoorden van de leerlingen op de rekentoets. Die bewaartermijn is dezelfde als die voor de centrale examens: zes maanden na het vaststellen van de uitslag (‘geslaagd’ of ‘niet geslaagd’).
Karin den Heijer (25 april 2015) En wanneer mag ik de opgaven van deze leerlingen zien? Denkt u soms dat ze dit verzinnen? Twitter
De kamerbrief van 17 december 2014 over inzage in de rekentoetsvragen (wat nog weer veel beperkter is dan gewoon vrijgeven zoals overigens voor examenopgaven gebruikelijk - na afloop van het betreffende examen dan.
Stand van zaken invoering referentieniveaus taal en rekenen in vo en mbo. Kamerbrief 17 december 2014. pdf
Feit: de toetsvragen in rekentoetsen-2F en -3F blijven achteraf geheim, voor leerlingen, hun leraren, en het Nederlandse publiek. Verantwoordelijk hiervoor: het College voor Examens. Medeverantwoordelijk: het Cito. Hoofdverantwoordelijk: OCW, dat deze misstand dekt.
Het wordt tijd dat iemand of een instantie verantwoordelijkheid neemt. Bijvoorbeeld de Tweede Kamer van de Staten Generaal?
Het is een ondemocratische misstand dat er in ons land ‘high stakes’ toetsen worden afgenomen waarvan de vragen geheim worden gehouden. Ik wil graag in deze discussie de nodige argumenten en literatuur aanvoeren om aan deze misstand een einde te maken. Het is een klusje dat ik al eens eerder heb gedaan, aan de Universiteit van Amsterdam, waar het College van Bestuur in 1980 inderdaad een verbod op het geheimhouden van tentamenvragen uitvaardigde. Omdat dit verbod docenten noodzaakte meer tijd en aandacht aan het ontwerpen van toetsvragen te besteden, schreef ik een boekje over dat onderwerp, dat als Aula 809 verscheen in 1983 http://goo.gl/opz8q
De principiële kant van de zaak is natuurlijk dat het de samenleving aangaat hoe er wordt getoetst, en in het bijzonder de leerlingen en leraren die het direct betreft. Hier moet vanzelfsprekend openheid de norm zijn. Zodat we niet verstoken blijven van de amusante discussies over idiote missers die onvermijdelijk worden gemaakt door ontwerpers van toetsvragen.
Het CvTE (College voor Toetsen en Examens) meent dat inzagerecht voor examenwerk en #rekentoets niet bestaat, zie de voorlichtingsbrocure van het CvTE, oktober 2014. Dat is een misvatting, zoals bijvoorbeeld uit deze webpagina geheimhouding.htm duidelijk mag zijn.
CvTE 10-2014
Is het werkelijk zo dat dit hoogste college voor examens van mening is dat het criterium voor kwaliteit van een examenonderdeel zijn betrouwbaarheid is? Een brevet van dinges, zal ik maar voorzichtig zeggen.
tekening van Peter de Smet staat op http://www.stripsuithedenenverleden.nl/De%20Generaal.html
A request was filed by teacher Karin den Heijer and journalist Ronald Buitelaar under the Freedom Of Information Act [Wet Openbaarheid Bestuur (WOB)] with the department of education for disclosure of the test items of pilot math tests. The department forwarded the request to the Board for Tests and Exams [College voor Toetsen en Examens (CvTE)]. The Board refused disclosure, claiming disclosure would be a serious breach of national interests. That is ridiculous, of course; for the time being, however, it was not deemed wise to bring the case to court.
Karin den Heijer en Ronald Buitelaar vroegen (20 februari 2014) op grond van de Wet Openbaarheid Bestuur OCW om openbaarmaking van de afgenomen rekentoetsen. Zie de blog van Ronald Buitelaar, gedateerd 12 oktober 2014,, met daarin tevens de brieven van het CvTE rond deze WOB-procedure. Want OCW stuurde de vraag door naar het CvTE. De blog van Ronald Buitelaar is overgenomen door DidactiefOnline.
Bovenstaand citaat is het kernargument van het CvTE, en het is misleidende nonsens. En wel hierom.
De vaststelling van het cijfer voor een eindexamenvak komt voor de verantwoordelijkheid van een leraar binnen de instelling en een gecommitteerde, die afkomstig is van buiten de instelling (artikel 42 Eindexamenbesluit). Gezien het feit dat de directeur uiteindelijk het cijfer vaststelt, kan de (uiteindelijke) vaststelling van het eindexamencijfer worden toegerekend aan het bevoegd gezag van de school, waarbinnen het eindexamen wordt afgenomen.
Er is sprake van een extern rechtsgevolg. Een cijfer voor een eindexamenvak bepaalt rechtstreeks de rechtspositie van de kandidaat. Eindexamencijfers zijn immers bepalend voor de vraag of een diploma dan wel een afzonderlijk certificaat voor het vak kan worden verstrekt.
voetnoot. Vergelijk ook: ABRvS 17 juni 2000. AB 2000, 446, m.nt. BPV; Gst. 2000, no. 7129, p. 545-547, met naschrift HH
Noorlander, p. 528-529.
Dit lijkt mij toch wel vrij ernstig. Vanuit de leerling bezien is de situatie immers die van een eindexamenonderdeel waar gewoon de eigen leraar mede voor verantwoordelijk is, en die moet dus kunnen handelen wanneer een vraag onbegrijpelijk blijkt.
1. Het werk van het centraal examen en de rekentoets der kandidaten wordt gedurende ten minste zes maanden na de vaststelling van de uitslag bewaard door de directeur, ter inzage voor belanghebbenden.
Artikel 57.1 impliceert naar mijn mening de gedachte dat leerlingen naar de rechter moet kunnen, ergo: inzagerecht opgaven.
En niet te vergeten: antwoorden op de opgaven van de #rekentoets blijven achter in de school!
Ik kan me niet voorstellen dat art 57.1 een vergissing is. Zo ja, dan is dat teken rammelende wetgeving
Wet College voor toetsen en examens webpagina
De vaststelling van het cijfer voor een eindexamenvak komt voor de verantwoordelijkheid van een leraar binnen de instelling en een gecommitteerde, die afkomstig is van buiten de instelling (artikel 42 Eindexamenbesluit). Gezien het feit dat de directeur uiteindelijk het cijfer vaststelt, kan de (uiteindelijke) vaststelling van het eindexamencijfer worden toegerekend aan het bevoegd gezag van de school, waarbinnen het eindexamen wordt afgenomen.
Er is sprake van een extern rechtsgevolg. Een cijfer voor een eindexamenvak bepaalt rechtstreeks de rechtspositie van de kandidaat. Eindexamencijfers zijn immers bepalend voor de vraag of een diploma dan wel een afzonderlijk certificaat voor het vak kan worden verstrekt.
voetnoot. Vergelijk ook: ABRvS 17 juni 2000. AB 2000, 446, m.nt. BPV; Gst. 2000, no. 7129, p. 545-547, met naschrift HH
Noorlander, p. 528-529.
Voor psychologische tests, denk aan intelligentietests, is er een wezenlijk andere situatie dan voor toetsen in het onderwijs.
Het ontwikkelen van een Nederlandse intelligentietest is een buitengewoon kostbare zaak. Hoe staat het met het inzagerecht bij afname van pschologische tests? Zie Hofstee (2007) voor een uitwerking op het scherp van de snede. Psychologische tests mogen niet op straat komen te liggen. Onderwijstoetsen moeten juist wel op straat komen te liggen, voor iedereen ter inzage en bestudering. Toetsen moeten immers doeltreffend zijn voor te bereiden (A. D. de Groot, 1970, heeft dat uitgewerkt http://goo.gl/7ZgrN), psychologische tests juist niet http://goo.gl/1NTQC
Wim K. B. Hofstee (2007). Recht op afschrift van het dossier. Komen tests nu op straat? De Psycholoog, 618-619. http://www.testresearch.nl/divers/hofstee.pdf
In de VS is de thematiek aan de orde onder de naam ‘Truth in testing’, te beginnen met een wet in de staat New York, 1979. Zie bijvoorbeeld:
Alan B. Asay: Truth-in-Testing Legislation: A Brief for the Status Quo.
http://www.law2.byu.edu/lawreview/archives/1980/4/asa.pdf
Googelen op "Truth in testing" en "test disclosure" levert een zee aan informatie op.
Er volgde onmiddellijk een ernstig incident over een verkeerd gesleutelde vraag, waarop het goede antwoord niet ‘7’ was, maar ‘5’: http://goo.gl/SqYTv
De gestelde vraag is hier gereproduceerd: http://goo.gl/AOvtP
Gevolg: voor 240.000 geteste kandidaten moest ETS (Educational Testing Service, zeg maar het Cito van de VS) de score verhogen.
Altijd leuk om te lezen, maar zonder de Truth-in-Testing Law waren deze scores niet verhoogd: er zou geen haan hebben gekraaid, naar dat verkeerd gesleutelde item. O ja, de sleutel was niet per vergissing verkeerd: de testontwerpers hadden verkeerd ontworpen/gedacht.
Komt zo’n ongelukkig ontwerp van een toetsvraag vaak voor? Ja. Het ontwerpen van toetsvragen, of dat nu in de VS gebeurt of in Nederland, gaat helemaal niet zo professioneel als de instituuts-logo’s suggereren. Wie wel eens kritisch heeft gekeken naar de rekenopgaven in een Cito Eindtoets Basisonderwijs weet dat er veel op is aan te merken. Een rekentoets waar niets op valt aan te merken, waar geen enkele leerling op benadeeld is door klunzig ontworpen vragen, is bijzonder.
Hoe gaat dat, kritische analyse van een vraag in de Cito Eindtoets Basisonderwijs? Zie bijvoorbeeld
http://www.beteronderwijsnederland.nl/content/cito-toets-2010
De Nationale Rekentoets 2006, gepresenteerd door Ronald Plasterk, bevat ‘rekenopgaven’ die waarschijnlijk een redelijk adequaat beeld geven van wat in het Cito onder rekenopgaven wordt verstaan. Mijn aantekeningen bij de afzonderlijke opgaven suggereren dat er met het ontwerp van iedere vraag wel ergens iets mis is, vaak op meerdere punten. http://www.benwilbrink.nl/nationalerekentoets2006.pdf
De door het Cito vrijgegeven voorbeeldrekentoets-3F die als pilot in 2012 is gebruikt, zal ons niet vrolijker maken, zie voor kritische commentaar: http://www.wiskundebrief.nl/629.htm).
Er is inzagerecht. Na veel aandringen zal het Cito ook wel inzage willen geven, maar waarschijnlijk onder tal van beperkende voorwaarden zodat de betreffende leerling er in feite geen moer aan heeft (om een rechtszaak te beginnen, moet je documentatie verzamelen, maar hoe doe je dat wanneer je geen aantekeningen mag maken of wanneer je alleen iemand naar het Cito mag sturen die jou vertegenwoordigt?). Ik sluit bovendien niet uit dat het Cito niet in staat is om een printversie van de door leerling X te A gemaakte toets voor te leggen, inclusief de invulling door de leerling, en de vertaling daarvan naar een cijfer. Zie http://goo.gl/ET3KT (eind van die webpagina, na de bespreking van de Nationale Rekentoets 2006, over geheimhouding, en over gronden voor een beroep).
De situatie is nog veel gecompliceerder dan hierboven geschetst. Het Cito heeft een onnavolgbaar ingewikkelde procedure om ruwe itemscores op de rekentoetsen om te zetten naar vaardigheidsscores naar cijfers. Het zou zomaar kunnen dat het Cito niet eens in staat is om die omzettingen te onderbouwen voor individuele kandidaten.
Bijvoorbeeld punt 19 uit dat lijstje met gronden voor beroep:
Als er geen volledige inzage in het eigen werk en de beoordeling daarvan mogelijk is, of de omstandigheden daarvoor zijn in jouw geval bezwaarlijk (het schijnt zo te zijn dat je daarvoor bij het Cito in Arnhem moet zijn, en dan maar afwachten wat zij onder 'inzage' verstaan), ga dan zeker in beroep. Tenslotte mag je jezelf toch wel ervan overtuigen dat de gekregen beoordeling inderdaad die van je eigen werk is? Voor een casus met een verwisseling van examenwerk, waarbij dat alleen bij inzage kon blijken, zie: Annie Kempers en Maarten Heinemann (2005). Niet geslaagd, toch diploma. Een vergissing altijd in het voordeel van de kandidaat? Examens, 2, februari, 23-24.
Het probleem daarvan is o.a. dat je er op die manier niet achter kunt komen of er mogelijk een reden is om in beroep te gaan! Lekker handig voor het Cito. Ik neem aan dat ook een Nederlandse rechter met dergelijke flauwekul korte metten maakt.
Een ander levensgroot bezwaar is dat het Cito een publieke discussie over de rekentoetsen van het Cito effectief onmogelijk maakt, zoals al eerder met de Pabo-toetsen het geval was. Het schandelijke van deze vertoning is dat de geheimzinnigdoenerij gefinancierd wordt met publieke middelen. Erger nog: leerlingen kunnen zich aan deze poppenkast niet onttrekken, want het gaat toevallig wel om een onderdeel van het examen.
We hebben hier dus een casus dat vergelijkbaar is met dat van het huurcontract dat bepaalt dat je geen huisdieren mag houden: de rechter zal die huisdierenbepaling danwel het hele contract nietig verklaren, omdat het recht op huren gaat boven het recht van de verhuurder om malle eisen te stellen.
Ofwel: de leerling is gedwongen om de rekentoets af te leggen — anders heeft hij een groot probleem met zijn examen (kan hij dan alsnog zakken? Interessante gedachte . . . . gezien het uitstel waar Bussemaker en Dekker voor hebben gekozen) — maar dan moet de leerling ook al zijn rechten op inzage van gemaakt werk en beroep op de uitslag krijgen.
Contextopgaven (redactiesommen, ingeklede vergelijkingen) zijn een belangrijke factor in het gedonder over de rekentoetsen. Nooit, nooit, nooit hebben idealisten die zich met het rekenonderwijs bemoeiden en vooral propageerden dat het daarbij toch gaat om het (wiskundig) leren denken, aangetoond dat hun zo geliefde denksommen solide binnen het domein van het rekenen vallen, en niet binnen dat van de verschillen in intellectuele capaciteiten. Terwijl dit toch een kwestie is waarover psychologische theorie iets heeft te zeggen, en waar experimenten antwoorden geven op prangende vragen.
Ik geef maar een voorbeeldje dat ik recent langs zag komen:
Josetxu Orrantia, David Múñez (2013). Arithmetic word problem solving: evidence for a magnitude-based mental representation. Memory and Cognition, 14, 98-108.
http://link.springer.com/content/pdf/10.3758/s13421-012-0241-1 [button: Look inside voor de eerste twee pagina’s]
Uit de Conclusie:
Lees hier een empirisch resultaat dat erop wijst dat een klungelige presentatie/formulering van een contextopgave de leerlingen op het verkeerde been zal zetten. Of ook hun leraar. In ieder geval mij. Dit gebeurt dus massaal (veel opgaven in een willekeurige rekentoets van het Cito; honderdduizenden leerlingen, zo niet veel meer).
De nationale schande is dat die contextopgaven precies NIET doen waarvoor ze bedoeld zijn.
Het achterliggende probleem is immers het vermoeden bij vele rekendidactici dat leerlingen die goed hebben leren rekenen, hun vaardigheid in het dagelijks leven niet altijd blijken toe te passen. Dit is het probleem van de overdracht, vaak aangeduid met de Engelse term ‘transfer’. De volstrekt naïeve gedachte is dan, na de oorlog uitgedragen door de Freudenthal-groep, om dat probleem op te lossen door die situaties uit het dagelijks leven maar binnen het onderwijs zelf te behandelen.
En wat gaan zij dan doen bij de Eindtoets Basisonderwijs en bij de rekentoetsen bij de eindexamens: de leerlingen waarschuwen dat dit een rekentoets is, en ze dan de contextopgaven aanbieden. Terwijl het bij het transfer-probleem juist gaat om het rekenvaardig aanpakken van opgaven in het dagelijks leven ZONDER een waarschuwingssticker met de boodschap ‘hier moet je rekenen’.
Op basis van bovenstaand argument, ondersteund met empirisch onderzoek, moet de conclusie zijn dat contextopgaven in rekentoetsen bij eindexamens NIET valide zijn, en dus NIET in die rekentoetsen thuishoren.
Het voordeel van deze benadering vanuit wetenschappelijk onderzoek is dat het voldoende is om te weten dat de geheimgehouden toetsen vooral bestaan uit contextopgaven, om deze toetsen te kunnen diskwalificeren als REKENtoetsen.
Bijvangst: meteen ophouden met in de rekendidactiek te werken met contextopgaven.
Het Cito gedraagt zich als een monopolist, en Nederland staat dat toe. Er zijn wel uitzonderingen, zoals de RMO die begin 2012 waarschuwde dat naast instituties in de financiële wereld ook die in de zorg en het onderwijs TEGENSPRAAK behoeven:
http://www.adviesorgaan-rmo.nl/Publicaties/Adviezen/Tegenkracht_organiseren_januari_2012
Ook de Onderwijsraad wil wel eens een enkele keer waarschuwen, bijvoorbeeld tegen het geloof van het realistisch rekenen zoals uitgedragen door het Freudenthal Instituut.
De groep VO Netwerk is redelijk omvangrijk. Ik heb de indruk dat serieuze discussies zoals de onderhavige de belangstelling hebben van directies en beleidsmakers.
In brief 633 staat een samenvatting van een emailwisseling tussen een leraar en het CvE, over de geheimhouding van de onlangs afgenomen rekentoetsen.
Ik hoop dat de redactie van de WiskundE-brief geen bezwaar heeft dat ik de samenvatting van de brief van het CvE hier citeer:
Om uw kandidaten te laten oefenen en leren van hun fouten bent u tot september 2013 aangewezen op de voorbeeldrekentoets die in 2012 bekend is gemaakt en als package in ExamenTester aan alle scholen is gezonden. Vanaf september 2013 beschikt u over twee voorbeeldrekentoetsen. En zo komt er ieder jaar een voorbeeldrekentoets bij.
Voor het werken met itembanken is gekozen om in de toekomst meer afnametijdstippen (meer flexibiliteit) te kunnen bieden en vanwege de precisie waarmee de cesuur per variant van de rekentoets bepaald kan worden. Bovendien is met itembanken de stap naar adaptieve toetsing van de referentieniveaus op termijn mogelijk. Als er eenmaal de beschikking is over een goed gevulde bank met reeds afgenomen opgaven, zal worden overwogen om de bank als geheel openbaar te maken, maar dat is in de opbouwfase nog niet aan de orde.”
Dit is een nationale schande. Het is tenslotte een nationaal college, nietwaar?
De leraar wilde graag weten hoe het met die geheimhouding precies zit, omdat hij zijn leerlingen op basis van de resultaten voor de gemaakte toets verder wilde helpen/instrueren. Deze leraar refereert aan de Wet Openbaarheid Bestuur. Dat lijkt me helemaal geen gek idee.
Los van de kwestie van geheimhouding speelt bij deze rekentoetsen nog het volgende probleem: de afname gebeurt digitaal, op een heel specifieke wijze waarbij het voor de leerling niet mogelijk is om terug te bladeren, een lastige opgave even over te slaan om er later naar terug te keren, en nog zo wat curieuze bijzonderheden (zoals de digitaal beschikbaar gestelde rekenmachine). Het is dus nogal dubieus of de resultaten bij deze wonderlijke manier van toetsen gelijk zijn — equivalent zijn — aan die welke bij een gebruikelijke papieren testafname verkregen zouden worden. Hoe krijgen we in de publieke discussie greep op dit probleem, waar het Cito ons ermee in de steek heeft gelaten? Een ingang tot relevante literatuur is:
Ulrich Schroeders and Oliver Wilhelm (2011). Equivalence of Reading and Listening Comprehension Across Test Media. Educational and Psychological Measurement, 71, 849-869. abstract
In juni deed Joën de toets. Op mijn vraag hoe het gegaan was, kreeg ik het gebruikelijke antwoord: ‘Moeilijk!’ Over de opgaven kon ze weinig vertellen. En het was haar niet toegestaan om de opgaven ter inzage voor haar opa mee naar huis te nemen. Het schoolbeleid schijnt dat niet toe te staan. Hoewel ik wel meen te begrijpen wat daar achter zit, stoor ik me er wezenloos aan. Het belemmert mij Joën optimaal te helpen.
Fred Goffree (2006). ‘Bijles’ wiskunde havo 4b. Over instrumenteel uitleggen en begrijpen. Euclides, 82 # 3, 95-99. pdf
Jerry S. Gilmer (1989). The Effects of Test Disclosure on Equated Scores and Pass Rates. Applied Psychological Measurement, 13, 245-255. abstract en pdf
Dit lijkt een nogal technisch verhaal te zijn, en dat is het ook. Maar let op: een belangrijk argument van technocraten voor geheimhouding van toetsvragen is dat het alleen onder geheimhouding mogelijk zou zijn om ervoor te zorgen dat van de ene toetsgelegenheid naar de andere de toetsen even ‘moeilijk’ kunnen worden gehouden. Test equating heet dat, en daar zijn ingewikkelde technieken voor beschikbaar die werken met toetsvragen die bij tenminste twee gelegenheden zijn gebruikt, zodat op basis van deze gemeenschappelijke toetsvragen de moeilijkheid van de toetsen in hun geheel, gelijk kan worden gehouden. Dit klinkt allemaal heel gewichtig, maar prik gewoon door die gewichtigheid heen en stel de vraag of al dat technische gedoe wel hout snijdt. Grote kans dat er geen goed verhaal achter steekt. En mocht dat nog meevallen, stel dan gewoon de vraag hoe het mogelijk is dat ondanks alle equating er geen sprake is van gelijke moeilijkheid van huidige examens en toetsen vergeleken met die van twintig of dertig jaar geleden: in tussentijd zijn er tal van politieke beslissingen genomen die al die technische equating doorsnijden. Houd de knaller achter de hand: als er voor equating items geheim moeten blijven, dan is het eenvoudig mogelijk om die items niet mee te nemen bij de bepaling van individuele toetsscores (zie ook hierbeneden de brief van de Commissie voor de Bestuurshervorming, 1979, over meenemen van tentamenvragen).
dossier geheimhouding tentamenvragen UvA 1978-1981
Interessante vondst in mijn eigen archief: een nogal uitvoerig dossier over kwesties rond geheimhouding van tentamenvragen zoals die speelden in de periode 1978-1981 aan de UvA, tot op niveau College van Bestuur. Ik zal er een overzicht van maken, want gezien de actualiteit (2014) van slordig omgaan met inzagerechten door OCW, Cito en CvE, is daar alle aanleiding toe.
Het begon allemaal met een student die zijn tentamenopgaven meenam, ondanks pogingen van surveillanten om dat te voorkomen. Wilde de subfaculteit hier een principezaak van maken? In ieder geval ging er een brief naar het College van Bestuur met de vraag hoe hier gehandeld moest worden. De subfaculteit in kwestie was psychologie aan de UvA, de plek vanwaaruit A. D. de Groot en R. F. van Naerssen de meerkeuzetoets in Nederland aan de man brachten.
Zeg dat het gaat om 200 blz. ‘passief te beheersen’ leerstof, dat er 5 ‘kernideeën’ in voorkomen, en 100 ‘belangrijke’ ideeën, punten, gegevens, e.d.
Over een ‘kernidee’ zijn ca. 5 verschillende soorten vragen te stellen. Voor iedere soort vraag zijn door het werken met verschillende voorbeelden, formuleringen e.d. zeker 10 à 20 vragen te formuleren, zeg 15.
Iedere vraag valt op ‘triviale’ wijze 5-voudig te veranderen.
5 × 5 × 15 = 375 ‘ kernvragen’ (1875 incl. ‘triviale’ varianten)
Doorgaans zijn zgn. relaties tussen kernideeën ook belangrijk. Zeg dat het er in dit geval 25 zijn, en dat die al in het getal van 100 ‘belangrijke’ ideeën zijn opgenomen.
Over ieder ‘belangrijk’ idee zijn (gemiddeld) 2 verschillende soorten vragen te stellen. Iedere soort vraag laat zich makkelijk tot 10 varianten uitwerken door wisselende voorbeelden e.d. te gebruiken.
Triviale varianten 3-voudig.
-->100 × 2 × 10 = 2000 ‘belangrijke’ vragen (6000 incl. ‘triviale’ varianten).
Totaal een bestand van 2375 toetsvragen, of 7875 vragen inclusief triviaal verschillende, over een bescheiden stuk leerstof van 200 bladzijden. Drukken van 2375 vragen levert een boek van 200 blz. op.
Wanneer toetsvragen met enige systematiek ‘geschreven’ [ontworpen, b.w.] worden, moet met redelijke inspanning ook over een klein stuk leerstof, voor ieder tentamen een nieuwe set vragen geschreven [ontworpen, niet ‘bedacht’, b.w.] kunnen worden.
Noot van de redaktie: Inmiddels heeft het CvB, nav soortgelijke ‘diefstal’ binnen de subfakulteit psychologie, in een brief aan alle (sub)fakulteitsbesturen gesteld, dat het verbieden van het meenemen van vragen na een tentamen juridisch niet houdbaar is. Dit onder verwijzing naar art. 40 van de WUB, waarin het beroep tegen de beoordeling van de resultaten van een tentamen wordt geregeld.
( . . )
4. After administration of the test, the following information is to be filed with the Commisioner’s Office, and upon request and payment of a fee to cover the dissemination costs, provided to the student:
(a) A copy of all of the items that were used in comprising the raw score, and the correct answers to those items.
(b)Explanations of the formula for transposing raw scores to standard scores.
Een belangrijk punt is hier: als het testbureau speciale items gebruikt voor het gelijkhouden van testnormen over afnames/jaren heen, dan legt deze wet daar geen enkel beletsel voor in de weg, zolang de scores op deze items niet meetellen voor de uitslag op de test (zie p. 20).
(a) Test developers such as ETS pre-test many more items than are currently needed, thus develop and maintain extensive files of pretested items for future use. And this is true of even the specific achievement tests.
(b)Tests such as the Law School Admissions Test are not used very many times at present—on no more than 2 or 3 occasions (Christensen, 1979).
(c)At present, 70% of the test items on any given test are new, never-before-used items. Therefore, even if the new items are needed for each test under this legislation, it’s only the 30% of the items that repeat which would have to be replaced (Kelley, 1979).
Tentamenvragen zijn openbaar. Wie een tentamen of examen doet heeft het recht om over de gestelde vragen te kunnen beschikken. Een uitspraak van die strekking is op dinsdag 10 juni gedaan door de Subfaculteitsraad Psychologie.
Binnen de subfaculteit Psychologie waren de meningen verdeeld: de Onderwijscommissie vond dat de vragen openbaar moeten zijn en de voormalige decaan van de subfaculteit prof. dr. S. Wiegersma wees erop dat ook in het nieuwe Academisch Statuut een bepaling van die aard zal worden opgenomen.
Het ligt voor de hand dat daarbij wordt aangesloten bij de voorschriften die bij of krachtens de Wet openbaarheid van bestuur zijn tot stand gekomen.
In artikel 4 van deze wet is geen bepaling opgenomen die zou kunnen leiden tot geheimhouding van de in Uw brief bedoelde informatie. Het antwoord op de door U gestelde eerste vraag [“Kan een vakgroep c.q. examencommissie bepalen dat zonder haar uitdrukkelijke toestemming vragen na afloop van een tentamen niet mogen worden meegenomen?”] is dus, gelet op het voorgaande, ontkennend.
De Commissie realiseert zich dat het door haar ingenomen standpunt op praktische bezwaren zou kunnen stuiten. Uit de bij de adviesaanvraag overgelegde stukken kan worden opgemaakt dat het moeilijk is om voor bepaalde examens steeds weer nieuwe vragen te bedenken, die voor multiple-choice-examinering kunnen worden gebruikt.
De Commissie meent dat de tegen geheimhouding bestaande bezwaren zwaarder dienen te wegen dan deze praktische moeilijkheid voor de examinator. Wellicht kan in de hierbedoelde gevallen tot een andere methode van examinering worden besloten. Indien het aantal te stellen vragen te gering zou zijn, zou naar het oordeel van de Commissie wellicht kunnen worden onderzocht of er wel voldoende grond bestaat om voor het desbetreffende ‘vak’ een afzonderlijk examen af te nemen.
( .. )
Het tentamen dient het gegeven onderwijs getrouw te weerspiegelen, niet meer en niet minder. Het mag voor wie het onderwijs gevolgd heeft, geen enkele verrassing bevatten. Docenten die origineel, geestig, slim of flink willen zijn, moeten dat tijdens hun onderwijs zijn; het tentamen is daarvoor niet het juiste moment. Het belang dat voor de studenten met de uitslag van een tentamen gemoeid is, rechtvaardigt geen enkel experiment.”
H. F. M. Crombag (1980). Wat u niet moet doen bij het samenstellen van tentamens. Bureau Onderzoek van Onderwijs, R.U. Leiden.
Nou ja, het enige argument ten gunste van meerkeuzevragen is dat bij de grote aantallen studenten zoals bij psychologie, het voor docenten wel zo makkelijk is. Waarschijnlijk is dit concept besproken in de werkgroep criterium-gerefereerd toetsen van Wim van der Linden. Of het artikel uiteindelijk ook is gepubliceerd, is mij niet bekend (misschien als onderdeel van zijn proefschrift ‘Binomiale modellen’? Dat kan ik nakijken).
er is inzagerecht
wat valt er onder inzage
“Na afloop van het examen dient de student de gelegenheid te worden geboden tot
M. Job Cohen (1981). Studierechten in het wetenschappelijk onderwijs Proefschrift Rijksuniversiteit Leiden. Zwolle: Tjeenk Willink. p. 126.
De student moet het beoordeelde werk kunnen kunnen inzien, dat is een kwestie van fair play. In het eerdere voorbeeld zou Jansen zonder inzagerecht de verwisseling van haar werk niet hebben kunnen constateren. Het fair play beginsel van behoorlijk bestuur houdt in dat de overheid haar bevoegdheden zo gebruikt dat burgers hun belangen kunnen behartigen. Het belang van de student is te kunnen beschikken over de informatie die voor een eventueel beroep nodig is.
De student moet in beginsel het beoordeelde werk met de beoordelaar te kunnen bespreken (Cohen, hierboven). Deze eis zal vrijwel altijd de anonieme beoordelaar uitsluiten. Komt anoniem beoordelen wel voor? Jazeker. Voor anonieme peer assessment zie Van Boxel, Reumer, Van Os en Boter (2008), die daar geen kritische kanttekening bij plaatsen. Voor anonieme beoordeling van docenten door hun studenten, zie Wilbrink & Hofstee (1984) die uitleggen waarom dat niet deugt (ook als het niet anoniem zou zijn, trouwens).
Patris van Boxel, Christoffel Reumer, Wim van Os & Jaap Boter (2008). De inzet van online peer assessment als formatief en summatief beoordelingsinstrument. Tijdschrift voor Hoger Onderwijs, 26, 229-246.
B. Wilbrink & W. K. B. Hofstee (1984). Docentbeoordeling. Mogelijkheden en randvoorwaarden. Onderzoek van Onderwijs, 13, 52-55. html
Een modelantwoord of een beoordelingsvoorschrift : alleen als dat wordt gehanteerd. Cohen laat doorschemeren dat de aanwezigheid van modelantwoorden en scoringsvoorschriften een kwaliteitseis is, maar dat kan niet waar zijn: modelantwoorden glijden te makkelijk af tot een vorm pseudo-objectieve standaardisering. Als er een modelantwoord is, of een impliciet modelantwoord zoals dat bij meerkeuzevragen het geval kan zijn . . . , kan dat best ondeugdelijk zijn (al was het maar door een foutje van de zetter), en moet het ter inzage zijn. Dus ook die meerkeuzevragen moeten volledig ter inzage zijn.
En dan is die inzage verkregen: maar waar dan op te letten? Wie inzage vraagt, heeft daar waarschijnlijk een goede reden voor, en zal gericht kijken. Maar dat neemt niet weg dat bij het inzien ook andere ongerechtigheden alsnog kunnen blijken. Ik heb in mijn Toetsvragen ontwerpen een overzicht van mogelijke kwaliteitsgebreken van toetsvragen gegeven, in hoofdstuk 8: http://goo.gl/BkuQH.
Wet Openbaarheid van Bestuur
De vraag bereikte mij of een beroep op de WOB een begaanbare weg is om de geheimgehouden vragen van de recent afgenomen rekentoetsen openbaar te maken.
Eerlijk gezegd zie ik niet in op welke gronden een WOB-verzoek in dit geval zou kunnen worden afgewezen. Het landsbelang is immers niet gediend met geheimhouding. Zie ook hierboven wat de Cie-Bestuurshervorming in 1980 precies over geheimhouding (verbod op het meenemen van tentamenvragen) schreef aan de Universiteit van Amsterdam.
Heeft iemand al eens dit verzoek gedaan? Van plan te doen? Het zou heel goed en gezond zijn wanneer een schoolbestuur dit verzoek zou doen, of de VO-raad.
Adresseren aan een bestuursorgaan, dus bijvoorbeeld OCW directie VO, College voor Examens.
Committee on Psychological Tests and Assessments (2007). Recent developments affecting the disclosure of test data and materials: Comments regarding the 1996 statement on the disclosure of test data. American Psychological Association. pdf
Committee on Psychological Tests and Assessments (1996). Statement on the disclosure of test data. American Psychologist, 51, 644-648. pdf
MHS (2004). MHS' test disclosure policy. Adopted by leading Canadian test publishers and the Canadian Psychological Association. pdf
Grant Wiggins (1994). The immorality of test security. Educational Policy, 8, 157-182. 10.1177/0895904894008002004 abstract & pdf made available by Wiggins
Grant Wiggins (2014). Twenty years later: The immorality of test security revisited. http://grantwiggins.wordpress.com/2013/05/04/20-years-later-the-immorality-of-test-security-revisited/
] NN (mei 2014). Rekenen-wiskunde. Toetsgids pabo. [Versie 2014-1] abstract
Het is mij niet helemaal duidelijk wat de status is van deze gids. Kennelijk is het serieus. Het is een vreselijk stuk, te beginnen met de titel die direct verwijst naar realistisch rekenen als het gedachtengoed waarop het berust.
Het stuk zegt dat de landelijke kennistoets vooral kennis, inzicht en toepassing toetst, dus niet de hogere niveaus analyse, synthese en evaluatie, uit de stokoude en voor toetsdoeleinden niet valide taxonomie van cognitieve doelen van de commissie over leiding van Benjamin Bloom, vijftiger jaren (van welke eeuw: de vorige).
De inzageprocedure is een aanfluiting, en berooft in feite de kandidaten van uitoefening van het recht om bezwaar te maken tegen beoordeling op basis van ondeugdelijke toetsvragen. Sinds 2007 zie hier is er geen vooruitgang op dit punt geboekt. Een schande voor het Nederlandse onderwijs en voor de rechtsstaat. Erger is misschien nog wel dat deze pabo-studneten worden geïndoctrineerd in een wijze van toetsen die verwerpelijk is. Het zijn immers wel deze studenten aan wie wij straks onze kinderen of kleinkinderen toevertrouwen.
Leraren beheersen hun vak op verschillende niveaus. Ze hebben niet alleen de vereiste feitenkennis, maar komen op basis daarvan ook tot doordachte oplossingen. Taxonomie, zo heet de indeling van kennis naar verschillende niveaus.
De redactie gebruikt de taxonomie van Bloom. De indeling van deze Amerikaanse psycholoog [sic] is:
De landelijke kennistoets test vooral de beheersing van de eerste drie niveaus.
Studenten kunnen de gemaakte toets nadat zij hun uitslag hebben ontvangen, inzien. Dat gebeurt onder examencondities op een centrale locatie in Nederland. Studenten kunnen zich aanmelden voor inzage op de website van 10voordeleraar vanaf 3 werkdagen nadat de uitslag van de toets is verstrekt aan de opleidingen t/m 8 werkdagen nadat de uitslag is verstrekt aan de opleidingen. De inzage vindt plaats uiterlijk 3 werkweken nadat de uitslag is verstrekt aan de opleidingen.
3.4 - bezwaar en beroep
Studenten kunnen tegen de uitslag van de toets bezwaar en beroep aantekenen. Dat dienen ze binnen 6 weken te doen nadat de uitslag aan hen is verstrekt via de opleidingen en verder conform de procedures en reglementen van de eigen opleiding.
aangevoerde bezwaren, problemen, nadelen.
arbeids recht
- een klein vak kan niet anders dan een klein bestand aan multiple-choice vragen opleveren, aangezien de stof slechts een beperkt toetsingsveld biedt.
- vrijgeven van de vragen (uit een klein vragenbestand) betekent dat die vragen gemakkelijk uit het hoofd kunnen worden geleerd & studenten zouden de toets kunnen halen door enkel op hun geheugen te studeren zonder daarbij het noodzakelijke inzicht te verwerven in de te bestuderen stof.
- (de mogelijkheid vragen uit het hoofd te leren) zou weer tot gevolg gaan krijgen dat, teneinde de geheugenfactor terug te dringen, hogere scoringspercentages zouden moeten worden geëist voor een voldoende uitslag; dat achten wij een ongewenste ontwikkeling.
- het steeds weer nieuwe multiple-choice vragen moeten formuleren brengt de kwade kans met zich mee dat de vragen in kwaliteit dalen.
- bij een toets over een klein stuk leerstof kan het meerkeuze stelsel niet gehandhaafd worden omdat het telkens nieuwe vragen van goede kwaliteit bedenken teveel tijd kost.
- er is voor meerkeuzetoetsing geen goed alternatief voorhanden, omdat opstelvragen enorm veel onderwijstijd blijken op te slokken.
privaatrecht
- wij doceren en examineren slechts een beperkt leerstofgebiëd. Over proped dit beperkte aantal onderwerpen is slechts een beperkt aantal optimaal goede vragen mogelijk. Een volgende serie kan niet anders dan van mindere kwaliteit zijn.
- het vrijgeven van de examenvragen stimuleert het bestuderen van de stof naar het beantwoorden van multiple-choice vragen toe.
encyclopedie.
- openbaarmaking van vragen zal wellicht leiden tot een studietechniek waarbij de aandacht meer op het vragenboek dan op de literatuur, c.q. colleges en werkgroepen wordt gericht. Dit is in ieder geval voor een vak als het onze minder wenselijk.
- toetsing m.b.v. vooraf openbaar gemaakte vragen vraagt uitbreiding van het vragenbestand van 150 naar 2000.
- het opbouwen van een publikabel bestand van 2000 (meerkeuze) vragen vraagt 3 á 4 jaar.
bedrijfseconomie.
- openbaarmaking van tentamenvragen beperkt de mogelijkheden om van meerkeuzevragen gebruik te maken. Daarmee kan, bij overgang op open vragen bijvoorbeeld, het voordeel van objectiviteit in de beoordeling en automatische analyse van de vragen, verloren gaan.
- het beschikbaar stellen van vragenboeken leidt er toe dat deze door de student als 'verplichte literatuur' beschouwd worden.
- het beschikbaar zijn van vragenboeken is een impuls voor para-universitaire activiteiten die er op gericht zijn studenten tegen betaling voor tentamens te repeteren (een grotere ongelijkheid tussen studenten is nauwelijks denkbaar).
- equating (het over de jaren heen controleren op de relatieve zwaarte van de tentamens) wordt bemoeilijkt door openbaarmaking van vragen. (speciaal voor equating gebruikte vragen niet in het eindoordeel betrekken is principieel onaanvaardbaar: omdat de student er tentamentijd aan heeft besteed, moeten ze ook in de beoordeling meetellen).
- bij het gebruik van een vragenboek wordt het tentamen doel, in plaats van middelom de vorderingen van een student te toetsen.
- er zijn zoveel tentamengelegenheden, dat het telkens daarvoor nieuwe vragen moeten bedenken een te groot tijdbeslag oplevert.
- het openbaarmaken van vragen wordt een zelfstandige factor in de ontwikkeling van de moeilijkheidsgraad.
O.C. economie.
- bij openbaarmaking van vragen kan de kernitemmethode niet meer gehanteerd worden.
notulen economie.
- dat openbaarheid meer tijd vraagt voor het schrijven van vragen is geen argument tegen openbaarheid, maar een argument voor meer formatie.
- het maken van een tentamen moet ook een leermoment zijn. Betwijfeld moet worden of deze doelstelling nog wel haalbaar is bij geheim-houding.
- praktische bezwaren tegen openbaarmaking vloeien deels voort uit het niet juist toepassen van het multiple-choice systeem. Het ideale bestand vragen dient zo groot te zijn dat het niet loont de stof te bestuderen via de vragen. Er vindt te weinig vernieuwing plaats. Dit geldt ook voor mondelinge tentamens: er was vroeger in deze faculteit een hoogleraar waarvan alle vragen al bekend waren.
- het opstellen van zinnige meerkeuzevragen zou ook aan studenten gevraagd kunnen worden, bijv. bij het tentamen één zo'n vraag in te leveren. (bijdrage aan het vragenbestand).
sociale geografie.
- bij het openbaar maken van de antwoorden op toetsvragen zullen de studenten op den duur waarschijnlijk overgaan tot het bestuderen van het toetsvragenbestand in plaats van de leerstof. Dit lijkt ons een ontaarding van het leerproces en het toetssysteem.
oogheelkunde
- het gaat te ver de meerkeuzevragen inclusief antwoorden vóór het examen vrij te geven.
neerlandistek
- in deze studierichting worden geen meerkeuzetentamens afgenomen.
opvoedkunde. SFR
- in overleg met de vakgroepen zal zo spoedig mogelijk uitvoering SFR gegeven worden aan de openbaarmaking van gestelde tentamenvragen; geheimhouding is juridisch niet houdbaar, en kan tot zeer ongewenste situaties leiden.
verloskunde.
- geen bezwaar
FSW-b
- steunt CvB standpunt. Overigens worden in deze subfac. geen meerkeuzetentamens afgenomen.
psychiatrie
- het is praktisch onmogelijk voor ieder tentamen geheel nieuwe vragen te maken. Eén vierkeuze-item construeren vergt van een geoefende itemschrijver ongeveer 22 uur werk.
pathologie
- openbaarmaking van vragen maakt het werken met kernitems moeilijk of onmogelijk, vooral waar deze kernitems geselecteerd worden op gebleken discriminerend vermogen. (empirisch uitproberen van kern-items, alsook het herhaaldelijk gebruiken van deze items, wordt door openbaarmaking gehinderd).
anesthesie.
- alle tentamens worden mondeling afgenomen.
sociale geneeskunde.
- Sinds jaren wordt deze procedure reeds door ons gehanteerd.
subfac. natuur- & sterrenkunde.
- wij stemmen volledig met uw principe in, en ook wanneer wij weer m.c.tentamens zouden geven, zullen wij de opgaven meegeven, ondanks o.a. de extra belasting die dit de staf oplegt.
andragologie.
- ter beschikking stellen van tentamenvragen is gebruikelijk binnen de subfaculteit.
antropobiologie
- vraagformulieren zullen niet meer ingenomen worden; knelpunten worden hierdoor niet verwacht.
microbiol.
- sinds 1972 worden vragen ter beschikking van studenten gesteld. De praktische problemen (500 vragen per jaar nodig) worden de vakgroep echter te groot.
subfac. psychologie (Folia 14/6/80)
- SFR spreekt zich uit vóór openbaarheid. Er is een commissie ingesteld die moet bekijken hoe deze openbaarheid precies bewerkstelligd moet worden en hoe de eventuele consequenties zoals die door de examencommissies zijn genoemd kunnen worden opgevangen.
Schöndorff
- voor onze zwakbemande vakgroep is het onmogelijk om elk jaar tweemaal 40 nieuwe meerkeuzevragen te maken, want dat is een erg moeilijk en arbeidsintensief karwei. (Schöndorff, Folia 2 mei 1981)
- openbaarmaking maakt een doelmatige toetsmethode onmogelijk, nl. het kunnen werken met vragen die bij voorgaande afnames hun kwaliteit hebben bewezen. (Schöndorff, parafrase).
- wanneer studenten hun vragenformulier meenemen, vervalt de mogelijkheid om fouten die de student maakt bij het overnemen van zijn antwoorden van dat formulier op het antwoordformulier, achteraf te corrigeren. (Schöndorff, parafrase).
de beroepsmogelijkheid, gelijkheid
arbeidsrecht
individuele studenten wordt desgewenst de gelegenheid geboden om in aanwezigheid van een staflid het tentamen en hun antwoorden in te zien. Slechts een zodanig klein percentage van de deelnemers aan de toets maakte in de praktijk van deze regeling gebruik, dat de staftijd die eraan moest worden besteed in het niet valt bij de tijd die aan andere oplossingen moet worden besteed. Het tentamen werd niet vrijgegeven maar toch heeft het tot volle tevredenheid, ook van de studenten, gewerkt.
privaatrecht propedeuse.
onze sectie bespreekt de multiple-choice vragen nadat de tentamen-uitslag is bekend geworden met de studenten en in werkgroepverband. Daarbij wordt de studenten hun eigen werk ter inzage gegeven. Na afloop van de bespreking worden de opgaven weer ingenomen.
Uiteraard moet door de student beroep kunnen worden ingesteld. Vrijgeven van de vragen zou echter het instellen van beroep stimuleren. Dat nu achten wij niet nodig.
encyclopedie.
Aan de mogelijkheid een 40-WUB beroep daadwerkelijk uit te oefenen wordt door de vakgroep tegemoet gekomen door
- het tentamen telkens in werkgroepverband te bespreken,
- individuele studenten op verzoek inzage te geven in het door hun afgelegde tentamen
- met individuele studenten op hun verzoek het afgelegde tentamen te bespreken.
Aan algemene bezwaren tegen de gestelde vragen wordt tegemoet gekomen door
- elimineren door de computer van vragen die niet onderscheidend werken
- toepassen door de staf van de zgn. Nedelski-methode
- een enkete tijdens de toetsing afgenomen, o.a. m.b.t. de validiteit van de toets.
het gelijkheidsargument is van toepassing op elke vorm van examinering; ook bij mondeling, essay vragen ed.d. zouden de te stellen vragen tevoren bekend moeten zijn.
economische faculteit.
Er wordt gestreefd naar 'openbaarheid op termijn': nu nog geen openbaarheid, maar er naar streven dat door uitbreiding van het aantal vragen en betere toepassing van het systeem, deze openbaarheid zo snel mogelijk gerealiseerd kan worden.
bedrijfseconomie.
Tijdens de tentamenzitting kunnen studenten onvolkomenheden resp. onduidelijkheden in de opgaven aan de surveillanten mededelen. Bij het begin van elk tentamen wordt deze mogelijkheid met nadruk aangekondigd. Als de opmerking van een student hout snijdt, doet de coordinator tijdens de tentamenzitting een algemene mededeling.
Wie daar behoefte aan heeft, kan het tentamen achteraf met de coordinator te bespreken.
Vrijgeven van tentamenvragen bevordert de ongelijkheid tussen studenten. De ene student onderhoudt intensieve relaties met ouderejaars waardoor hij over een grotere verzameling van oude tentamenopgaven kan beschikken dan een solistisch studerende student die op grond van zijn geaardheid minder geneigd is een uitgebreid netwerk van contacten met ouderejaars op te zetten.
notulen economie
wanneer een individuele student tegenover een docent moet beargumenteren waarom hij het met een bepaalde vraagstelling of een beoordeling niet eens is, zal het kennisoverwicht van de docent zwaar wegen. Iemand die goed is ingewerkt in een bepaalde materie kan makkelijk tegen beter weten in zijn gelijk beargumenteren. Studenten kunnen meestal alleen gezamenlijk hiaten in de vraagstelling ontdekken.
Voor een normale rechtsgang is het noodzakelijk dat studenten in alle rust de meerkeuzevragen kunnen doorlopen op eventuele fouten en dat ze dat niet op hun eentje hoeven te doen.
Wanneer er in het verleden weinig problemen met geheimhouding zijn geweest, is de reden daarvan mogelijk in de geheimhouding zelf gelegen (waardoor studenten van beroepsmogelijkheden beroofd worden).
Schöndorff
Studenten hoeven die vragen helemaal niet te hebben om in beroep te gaan. Ze kunnen namelijk te allen tijde het tentamen inkijken, de vragen met ons bespreken, en als iemand in beroep wil gaan wil ik hem of haar graag de weg wijzen. (Schöndorff, Folia 2 mei 1981)
in omloop komen van 'geheime' vragen
privaatrecht propedeuse
In die gevallen waarin het ons op enigerlei wijze ter ore komt dat vragen in omloop zijn worden deze door ons vrijgegeven, omdat het argument van de rechtsgelijkheid ons zeker aanspreekt.
bedrijfseconnomie.
De inspanning voor het verkrijgen van (geheime) toetsvragen is dermate groot dat het ontstaan van een handel in vragen onwaarschijnlijk is. Door bepaalde maatregelen is de daarvoor noodzakelijke moeite te vergroten: controle; meerdere toetsversies.
Bij herhaald gebruik van toetsvragen kan de redactie zó veranderd worden dat een student die het antwoord op gromd van voorinformatie meent te weten, min of meer wordt verleid een fout alternatief aan te kruisen.
notulen economie
Ondanks geheimhouding zijn meerkeuzevragen practisch vaak bij studenten conomie bekend. Dat studenten zich in hun studie richten op het bestuderen van deze vragen is te betreuren, maar het is een praktijk die beter door openbaarmaking, dan door geheimhouding te bestrijden is.
MFAS brief 13/5/80
Reeds jarenlang blijkt er (binnen de medische faculteit) een uitgebreid net te zijn van mensen, die op allerlei manieren proberen om zoveel mogelijk tentamen-opgaven in handen te krijgen. Twee jaar geleden was er zelfs een groepje studenten, die tentamenopgaven ver boven de kostprijs voor papier e.d. gingen verkopen, teneinde wat extra vakantie-financieën tot hun beschikking te hebben. Verscheidene vormen van handelsgeest en inventiviteit hebben de laatste jaren aanzienlijke proporties aangenomen.
VERBAND 5/12/79
Op 9/11/79 heeft een student de examenvragen betreffende Algemene Ziekteleer (3e kans) gestolen. Deze oerdomme student beseft niet dat 1. deze vragen natuurlijk nimmer meer gesteld worden (onze noodvoorraad van 786 vragen geeft daar ook geen aanleiding toe); 2. als de dief, want diefstal blijft het, geïdentificeerd is, hij uitgesloten wordt van enige volgende tentamina. De overige studenten wordt dus aangeraden deze examenvragen niet te kopen; het is zonde van het geld en zinloos. J. van Gooi (in VERBAND, 5/12/79).
SPIEGELOOG
Van diverse multiple choice tentamens circuleren vragen binnen een inderdaad beperkte (maar nog altijd vrij forse) groep studenten. Hoe dichter men bij de bron verkeert, des te groter het aantal vragen dat men kan 'veroveren'(en des te leesbaarder, want daar wil het door het veelvuldig kopiëren van kopieën nog wel eens aan schorten). (jvd, SPIEGELOOG, p. 13, vermoedelijk een nr. uit de jaargang '80).
Schöndorff
Een illegale handel in tentamenvragen zou niet onopgemerkt blijven. (Schöndorff, Folia 2 mei 1981. parafrase).
(Hieraan was ook toegevoegd dit interessante citaat van Hans Crombag, dat ik 13-09-24 op Twitter heb gebruikt https://x.com/benwilbrink/status/1834560324093034793)
H.F.M. Crombag. Wat u niet moet doen bij het samenstellen van tentamens. (Bureau Onderzoek van Onderwijs, R.U. Leiden, augustus 1980).
"Samenstellers van tentamens hebben nogal eens weerzin tegen het opnemen van opgaven, waarvan zij verwachten dat alle kandidaten ze goed zullen maken. Dat verwachten ze in het bijzonder bij opgaven die onderdelen van de stof betreffen, waar zij bij hun onderwijs zozeer op gehamerd hebben of die in het leerboek zo uitvoerig ter sprake zijn gekomen, dat je welhaast idioot moet zijn als je daarbij nog fout gaat. Maar waarom werd er in het onderwijs zo gehamerd op die delen van de leerstof? Omdat zij qua onderwijsdoelen tot de kern van de cursus behoorden. Als de docent vermijdt daarover vragen in het tentamen op te nemen, dan vermijdt hij aldus de kern van de leer-doelen te toetsen."
"Het tentamen dient het gegeven onderwijs getrouw te weerspiegelen, niet meer en niet minder. Het mag voor wie het onderwijs gevolgd heeft, geen enkele verrassing bevatten. Docenten die origineel, geestig, slim of flink willen zijn, moeten dat tijdens hun onderwijs zijn; het tentamen is daarvoor niet het juiste moment. Het belang dat voor de studenten met de uitslag van een tentamen gemoeid is, rechtvaardigt geen enkel experiment."
H.F.M. Crombag. Wat u niet moet doen bij het samenstellen van tentamens. [What to avoid in designing assessments] (Bureau Onderzoek van Onderwijs, R.U. Leiden, augustus 1980).
"Exam compilers often have aversion to including questions that they expect all candidates to do well. They expect this in particular with questions that concern parts of the material that they have emphasized so much in their teaching or that have been discussed so extensively in the textbook that you would almost have to be an idiot to make a mistake. But why was there such an emphasis on those parts of the subject matter in education? Because they were part of the core of the course in terms of educational objectives. If the teacher avoids including questions about them in the exam, he is thus avoiding testing the core of the learning objectives."
"The exam should faithfully reflect the education provided, no more and no less. It should not contain any surprises for those who have followed the education. Teachers who want to be original, witty, smart or brave should be so during their teaching; the exam is not the right moment for that. The importance that the results of an exam have for the students does not justify any experiment."
Schneider (march 20, 2015). PARCC’s Lately-Published "Test Fairness and Security" Statement. Via Diane Ravitch. page
An Introduction to the Operational Best Practices for Statewide Large-Scale Assessment Programs (2013). pdf
Judah L. Schwartz & Katherine A. Viator (Eds.). The Prices of Secrecy: The Social, Intellectual, and Psychological Costs of Current Assessment Practice. A Report to the Ford Foundation. abstract
The report is not freely available online. researchgate.net [Received pdf April 25 2015 from Judah Schwartz].
The papers focus on large-scale standardized tests and the impact of secrecy for three separate aspects of education: social; intellectual; and psychological. It is concluded that disclosure may improve test quality. (SLD)
the abstract
Common Core testing group wages aggressive campaign against critics on social media. page
Valerie Strauss - Kevin Days (May 20, 2016). Common Core testing group wages aggressive campaign against critics on social media. Washington Post post
Ruud Jongeling: Digitale examens wiskunde vmbo 2015—2016 webpagina
De gebeurtenissen in twee schooljaren (twee afzonderlijke pagina’s, gebruik groene buttons bovenaan de thuispagina).
DE OPENBAARMAKING VAN DE DIGITALE CENTRALE EXAMENS. WELKE MAATREGELEN ZIJN MOGELIJK NAAR AANLëDING VAN DE MOTIES VAN MEENEN EN VERMUE? NAAR WELKE MAATREGELEN GAAT DE VOORKEUR VAN HET CVTE UIT? 22 november 2016pdf
Behandeling in AO 7 februari 2018.
Ton van Haperen (13 mei 2014). Internet verklapt al die examenvragen. NRC artikel
Kopiëren van examens toch net verboden. De Standaard 14 augustus 2019 artikel
‘Examenvragen: de reikwijdte van het begrip persoonsgegevens en het recht van inzage’ https://europadecentraal.nl/eurrest/examenvragen-reikwijdte-begrip-persoonsgegevens-en-recht-inzage/
nrc (20-12-2007). Psychologische tests in gevaar door openheid. Beroepscode verplicht tot inzage. (blz. 10).
Rinske M. Frima & Rosalinde Visser (april 2008). Ruwe testgegevens: spanningsveld tussen openheid en bescherming. De Psycholoog pdf
Ben Wilbrink (12 mei 1981). 'Geheimhouden tentamenvragen' pdf
Er speelde zich rond 1980 aan de UvA een kleine revolutie af: het CvB wilde een eind maken aan (misstanden rond) geheimhouding van tentamens. Ik was daar ook wel een beetje schuld aan, ik geef het toe. Bezwaren tegen het vrijgeven van afgenomen tentamens kwamen eropneer dat het ontwerpen van telkens nieuwe vragen heel veel tijd van docenten gaat vragen. Het zou wel handig zijn wanneer ze daarbij wat ondersteuning konden krijgen door nieuwe technieken voor dat ontwerpen. Deze notitie voor mijn collega's van het COWO is het voorspel van wat later Aula 809 'Toetsvragen ontwerpen; zou worden, elders op mijn website (of books.google) beschikbaar.
Elmer Smaling (11-6-2020). Rechter: Student Erasmus MC heeft recht op inzage toetswebpagina - Jurisprudentie CBHO 2020: download Het gaat om zaaknummer CBHO 2019/204, uitspraak 10 juni 2020.
Henk van Berkel (2019). Juridisch correct examineren. Een studie naar uitspraken van beroepscolleges in het hoger onderwijs. Proefschrift Universiteit Tilburg, te verdedigen 27 november 2019, 16:00 uur https://www.tilburguniversity.edu/nl/actueel/agenda/promotie-hjm-van-berkel. Embargo ends: 27/11/24 Exemplaren van het proefschrift zijn verkrijgbaar door een e-mail te sturen, met postadres, naar de auteur: henkvanberkel22@gmail.com. De kosten bedragen € 55 per exemplaar, inclusief verzendkosten, te voldoen na ontvangst van de factuur. Embargo tot eind 2024.
http://www.benwilbrink.nl/projecten/geheimhouding.htm http://goo.gl/9nKDy