Annotations on talent & expertise

by Ben Wilbrink



Talent



Hans Kuyper & Greetje van der Werf (14-6-2012). Excellente leerlingen in het voortgezet onderwijs. Schoolloopbanen, risicofactoren en keuzen. GION.  pdf (zie ook mijn laatste blog op het forum van BON, voordat mijn account werd geblokkeerd: http://www.beteronderwijsnederland.nl/forum/excellente-leerlingen-het-vo )


Henk Sligte Jacquelien Bulterman-Bos Mariëtte Huizinga (2009). Maatwerk Voor Latente Talenten? Uitblinken op alle niveaus SCO-Kohnstamm Instituut van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen, Universiteit van Amsterdam (SCO-rapport nr. 820, projectnummer 40345) pdf


http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/06/14/excellente-leerlingen-in-het-voortgezet-onderwijs.html

 Dit is een analyse op gegevens uit het Voortgezet Onderwijs Cohort Leerlingen (VOCL). Interessant: zowel de resultaten per leerling op de Cito Eindtoets Basisonderwijs, als op de intelligentietest NIO ( http://www.testresearch.nl/nio/niogivo.html ), afgenomen in het tweede leerjaar. 

  p. 14: “Ook de eindtoets basisonderwijs correleert lang niet perfect met beide andere variabelen, en wel .82 met de entreetoets (N = 9073) en .75 met de NIO (N = 6411). Voor de niet perfecte correlaties tussen de drie variabelen is een aantal redenen te bedenken. In de eerste plaats meten de instrumenten, zoals al eerder is opgemerkt, gedeeltelijk verschillende aspecten. De eindtoets basisonderwijs en de daarvan afgeleide entreetoets zijn schoolvorderingen toetsen, die overwegend ‘crystallized’ intelligentie zullen meten, terwijl de NIO een intelligentietest is, die zowel ‘fluid’ als ‘crystallized’ intelligentie meet.”

In mijn beleving is dit de eerste keer dat er iets over het verband tussen scores op de Cito Eindtoets Basisonderwijs en een intelligentietest in druk verschijnt. Kijk dus nog eens bijzonder goed naar de opgegeven correlaties. Ook die met de entreetoets afgenomen in het eerste leerjaar, een kennistoets als ik het goed begrepen heb. De correlatie van de Cito-toets met de entreetoets is hoog, maar die met de NIO (de intelligentietest) is maar weinig lager. Dit is lastig terrein omdat presteren op een kennistoets natuurlijk mede resultaat zal zijn van verschillen in intellectuele capaciteiten. Ik doel dan niet alleen op het moment van toetsing, maar ook in het jarenlange voorafgaande traject.

Een eenvoudig modelletje voor de hoogte van de bereikte kennis is immers dat deze het resultaat is intellectuele capaciteit en de geleverde inspanning. In de Westerse cultuur zijn we geneigd om te denken dat vooral die intellectuele capaciteiten ertoe doen, in de Oosterse cultuur telt juist die inspanning meer.

In het onderwijs laten we natuurlijk de zaken niet op hun beloop, en proberen we ervoor te zorgen dat alle leerlingen een behoorlijk eindniveau hebben bereikt in groep 8. In de mate waarin dat lukt, houden verschillen in de studieresultaten eind groep 8 minder verband met verschillen in intellectuele capaciteiten. Is de Cito-toets een geschikte toets om te meten of leerlingen een behoorlijk eindresultaat hebben bereikt, of is die Cito-toets teveel gericht op individuele verschillen tussen leerlingen en meet de toets zodoende juist de verschillen in intellectuele capaciteiten? Kunnen we deze kluwen ontwarren? De VOCL-gegevens zouden daar een handje bij moeten kunnen helpen.



K. Anders Ericsson (Ed.) (1996). The road to excellence. The acquisition of expert performance in the arts and sciences, sports and games. Lawrence Erlbaum. [KB eBook] info



K. Anders Ericsson & Jacqui Smith (Eds) (1991). Toward a general theory of expertise. Prospects and limits. Cambridge University Press.



Murray, Charles Murray (2003/2004). Het menselijk genie. Streven naar het ultieme in kunst en wetenschap door de eeuwen heen. Het Spectrum. 9071206203 [Human Accomplishment. The Pursuit of Excellence in the Arts and Sciences, 800 B.C. to 1950]

Human accomplishment pdf




W. Howison (1826). The contest of the twelve nations; or, a view of the different bases of human character and talent. Edinburgh: Oliver & Boyd. The book is anonymous., but the author is known to be William Howison. online



G. Révész (1952). Talent en genie. Grondslagen van een psychologie der begaafdheid. Brill. See this Twitter thread.


Fenomenologische analyse. Révész was promotor van A.D. de Groot (Het denken van den schaker). Ik heb geen idee of dit boek van Révész enige invloed heeft gehad, of wat de relatie is tot de Duitse denkpsychologie. Wikipedia is summier. Al bladerend is het wel duidelijk dat Révész gelooft in talent en genie, als aangeboren vermogens. En dat gaat me steeds sterker verbazen, want wat kunnen we ons voorstellen bij aangeboren vermogens, anders dan algemeen menselijke vermogens om te leren? Ik houd het boek voorlopig even, omdat het een goed voorbeeld is van het slordige denken over talent en genie halverwege de vorige eeuw. Ik vind het wel heel teleurstellend dat Révész kennelijk niet in staat is geweest om de bredere implicaties te zien van het promotieonderzoek van A.D. de Groot.



Ph. M. van der Heijden (1953). Begaafdheid en beroep. Groningen: Wolters.




Calvin W. Taylor & Frank Barron (Eds) (1963). Scientific creativity: Its recognition and development. Selected papers from the proceedings of the first, second, and third University of Utah conferences: 'The identification of creative scientific talent'. John Wiley.

Csikszentmihalyi, M., Rathunde, K., & Whalen, S. (1993). Talented teenagers. The roots of success and failure. Cambridge University Press.


http://beteronderwijsnederland.nl/node/6439#comment-51617

http://www.nrc.nl/wetenschap/article1917130.ece/Talent_bestaat_niet

K. Anders Ericsson, Neil Charness, Paul J. Feltovich & Robert R. Hoffman (Eds) (2006) The Cambridge Handbook of Expertise and Expert Performance. Cambridge University Press. http://www.cambridge.org/us/catalogue/catalogue.asp?isbn=052184097X

K. Anders Ericsson (Ed.) (2009). Development of professional expertise: Toward measurement of expert performance and design of optimal Learning Environments. Cambridge University Press.

S. Kalyga, P. Ayers, P. Chandler & J. Sweller (2003). The expertise reversal effect. Educational Psychologist, 38, 23-31. http://www.cs.pitt.edu/~chopin/references/tig/kayluga_ayres.pdf.pdf

Robert Sternberg (2003). What is an 'expert student?' Educational Researcher, 32, #8, 5-9.



Michelene T. H. Chi (2006). Two approaches to the study of experts' characteristics. In K. A. Ericsson, N. Charness, P. Feltovich, & R. Hoffman (Eds.), Cambridge Handbook of Expertise and Expert Performance.  Cambridge University Press. pdf



Daniel L. Shea, David Lubinsky & Camilla P. Benbow (2001). Importance of Assessing Spatial Ability in Intellectually Talented Young Adolescents: A 20-Year Longitudinal Study. Journal of Educational Psychology, 93, 604-614. pdf



Remy M. J. P. Rikers (2010). De zinloze talentenjacht. De Psycholoog, januari. 11-19. Niet in publiek domein.


Eeuwig zonde dat de psychologen hun artikelen niet open ccess maken, al was het maar na 5 jaar of zo. Vittorio? Enkele pareltjes uit de literatuurlijst dan maar:



Dean Keith Simonton (Ed.) (2014). The Wiley handbook of genius. [UBL PSYCHO P4.2.2.-114] info




Scott Barry Kaufman (Ed.) (2013). The Complexity of Greatness. Beyond Talent or Practice. Oxford University Press. Also: Scott Barry Kaufmann: article in Scientific American. info en contents/abstracts; Besproken in Scientific American door de editor. .





Cravens, H. (1992). A scientific project locked in time: The Terman Genetic Studies of Genius, 1920s-1950s. American Psychologist, 47(2), 183-189. http://dx.doi.org/10.1037/0003-066X.47.2.183 abstract




John Radford (1990). Child prodigies and exceptional early achievers. London: Harvester Wheatsheaf. isbn 0745007511 "Most importnatly, the author convinces us that, while child prodifies may be exceptioal, their gifts do not lie outside the normalprocesses of human deveopment."




Are Intellectuals Suffering a Crisis of Meaning? What is the relationship between intellectual giftedness and meaning in life? By Scott Barry Kaufman on February 8, 2019 blog




Tonie Mudde (15 maart 2019). Succes een kwestie van talent en hard werken? Vergeet het toeval niet. de Volkskrant article




Karen Geurtsen (26 mei 2019). Hoogleraar: 'Het is helemaal niet makkelijk om een kind met een hoog IQ te hebben.' blog




Scott Barry Kaufman (Sun 7 Jul 2013). The Observer Psychology - What is talent - and can science spot what we will be best at? Practice and our genes are not the only factors when it comes to developing special abilities blog




Jonathan J. B. Mijs (2020). Earning Rent with Your Talent: Modern-Day Inequality Rests on the Power to Define, Transfer and Institutionalize Talent. Educational philosophy and theory https://doi.org/10.1080/00131857.2020.1745629 download




Israel Scheffler (1985). Of human potential. An essay in the philosophy of education. Routledge & Kegan Paul. isbn 0710205716 (Publication from the Project of Human Potential, Harvard University, Bernard van Leer Foundation of The Hague) info




Bernstein, B. O., Lubinski, D., & Benbow, C. P. (2021). Academic acceleration in gifted youth and fruitless concerns regarding psychological well-being: A 35-year longitudinal study. Journal of Educational Psychology, 113, 830-845. pdf




Talents and Distributive Justice. Edited By Mitja Sardoc info




Groniek nr. 108 (1990). Themanummer: 'Genialiteit'. open


o.a. Remke Kruk: Glans en genialiteit. Twee middeleeuwse versies op intellect: Avicenna en Ibn Khaldun 129-138 Interessant stuk hoor!






Nov 2, 2017|dec 2023 \ contact ben at at at benwilbrink.nl      

Valid HTML 4.01!       http://www.benwilbrink.nl/literature/talent.htm http://goo.gl/mz7qE