Examinations
Lamprianou, Iasonas(2009) 'Comparability of examination standards between subjects: an international perspective', Oxford Review of Education, 35: 2, 205 — 226
Annotated by Ben Wilbrink (work in progress)
Otterspeer, Willem Otterspeer (1992). De wiekslag van hun geest. De Leidse universiteit in de negentiende eeuw. Stichting Hollandse Historische Reeks.
- Geen index op onderwerp.
- Van belang is dat Otterspeer aangeeft (p. 447) dat er in de 19e eeuw discussie is geweest over hoe het onderwijs te regelen: door de examens te specificeren, of juist het vakkenpakket? Ook gaat hij in op professies en professie-vorming (p. 437 e.v.).
- p. 306: in 1839 examineren nog in het Latijn p. 308-9: disputen. Die van Cobet, waarover meer details bekend zijn, zie verwijzing in noot 43: H. J. de Jonge (1981). Kuyper en de disputaties geleid door Cobet. Gereformeerd Theologisch Tijdschrift, 81, 22-35. p. 315 2e a. Bake: “ieder zijnen stand” De universiteit werd niet bezocht om een beroep te leren, maar om een stijl te verwerven. Iedere afdeling van wetenschap was ‘eene rijke bron van die zelf-kennis en verhevene geestbeschaving, die het hoogste doel is van elke studie’.” (Otterspeer citeert Bake, 1828)
- p. 317 onderaan: examen per college(serie)? Dus eigenlijk tentamens? Maar dat woord gebruikt Otterspeer niet.
- p. 332-3 De Alles Over Onderwijs Gids van het Leidse Studenten Corps!
- p. 333 2e a. iudicium, een zeldzame passage waarin iets van het examineren onthuld wordt: “In datzelfde jaar hadden de studenten, nu speciaal van de letterenfaculteit, nog een aanvaring met Cobet. Het betrof het iudicium, het oordeel over de wijze waarop de student het examen had afgelegd. Sedert 1826 dienden de professoren ‘volgens hunne gemoedelijke overtuiging’ te bepalen of een student ‘simpliciter’, ‘non sine laude’ dan wel ‘cum laude’ de ondervraging doorstaan had. De studenten waren er niet van overtuigd dat de graden de bekwaamheid van de student weerspiegelden. Het simpliciter was hun een vloek die menig avond op de sociëteit vergalde. ‘Le tout tient aux caprices de deux ou trois bipèdes sans plumes’, schamperde een mixed-pickle uit 1852. Sedert die tijd was het, met name bij examens in de letterenfaculteit, een aantal malen voorgevallen, dat sommige studenten tijdens of na afloop van het examen, dat wil zeggen tijdens een openbare zitting van de faculteit, door fluiten of scheldwoorden hun ongenoegen met het gegeven iudicium uitten.”
- p. 351 examens
- p. 376 repetitoren!
- p. 382 2e a. 'zware examens’ ‘examendwang’ p. 383 2e a. idem
- p. 385 2e a.
- p. 404 1e a. klacht van Fruin, in '78.
- p. 405 Tydeman schets van onderwijs vóór 1815 p. 406 4e a. examen en testimoniumcolleges onderscheiden. p. 406 laatste a. kandidaats letteren als verplichte propedeuse voor theologie, geneeskunde etc. p. 407 exameneisen. 412 de warehouse hypothese van Frijhoff staat op zijn p. 125! 421 numerieke rendementen 437 4e & 5e a. professionalisering: bescherming van de eigen markt. 437 e.v. over professies, o.a. 442 e.v. staatsexamens voor de advocatuur? 447 hier een cruciaal stuk over examens en opsomming van vakken (of juist de keuze daartussen) in wetgeving 449 onderaan: Otterspeer karakteriseert de examinering voor juristen/theologen als 'welwillend' gezien de numerieke rendementen!
Norton Smith, Richard Norton Smith (1986). The Harvard century. The making of a university to a nation. Simon and Schuster. isbn 0671460358 — 397 pp, cloth, dj, near mint, € onverkoopbaar (p. 25: "On an 1861 visit the English novelist Anthony Trollope was surprised to find that Harvard had no final examinations, as in his own land, no degrees conferring special honor, no 'firsts,' and no 'senior opts.' \ p. 37 "In 1869 the institution was a university in name only. (…) At the law school, diplomas were little more than certificates of residence. The medical school required no college training for admission; it routinely handed out the license to cure or kill after a year of desultory studies. William James' final examination consisted of a single question put to him by Oliver Wendell Holmes. "If you can answer that," Holmes informed the succesful applicant, "you can answer anything! Now tell me about your family and how things are at home.")
Journal of Educational Measurement Summer 2010, Vol. 47, No. 2, pp. 150–174
How Often Do Subscores Have Added Value? Results from Operational and Simulated Data
Sandip Sinharay
http://www.benwilbrink.nl/literature/exams.htm