Afbeelding: Anneke Huisman & Johan Koppenol (1991). Daer compt de Lotery met trommels en trompetten! Loterijen in de Nederlanden tot 1726. Uitgeverij Verloren



de Lotery

Misverstanden

Folia Civitatis 7 december 1974




Vooraf, bw





Tom de Greef, T. de (1974). Loting of selectie: de misverstanden tussen twee kampen. Folia Civitatis, 7 december 1974, 8-9. [origineel in mijn bezit] transcriptie Folia 7 december 1974 tom de greef


Tot uit Parijs toe, van waaruit de mislukte wetenschapsman W. F. Hermans als Age Bijkaart https://tinyurl.com/yeafstjy in het Parool zijn licht laat schijnen over actuele situaties, werd het zwavelzuur over staatssecretaris Klein uitgegoten.


rhoon


Wie het spoor van de verhitting terug volgt, treft staatssecretaris Klein aan op vrijdag 15 maart op een verkiezingsbijeenkomst in Rhoon, onder de rook van Rotterdam. De staatssecretaris woont daar in de buurt en om de Rhoonse bevolking over te halen op de PvdA te stemmen debatteert hij die avond met het VVD-Kamerlid mevr. Ginjaar-Maas. Dr Klein laat daar weten dat hij van plan is in een nog in te dienen wetsontwerp, dat de verlenging van de studentenstop mogelijk moet maken, een regeling op te nemen waardoor iedereen moet loten, onafhankelijk van de behaalde eindexamencijfers. (...) Prof. J. Vreeken, hoogleraar in de interne geneeskunde aan de Amsterdamse Universiteit opent het offensief met een ingezonden stuk in het Parool. Dat is op 17 april. (....) "Begaafdheid, waar dan ook voor, zal ontkend moeten worden op grond van deze nivelleringsfilosofie". Vervolgens zet de hooggeleerde internist zijn politieke analyse voort: "Iedereen zal in de toekomst van dit kabinet ook even oud moeten worden, of anders zal er toch zeker geloot moeten worden wie nu voor Magere Hein aan de beurt is ..."

In de uitlatingen van prof. Vreeken zijn alle misverstanden die de loting kunnen veroorzaken opgetast en bovendien wordt de zakelijkheid door de emotie overstemd.


br>Maar nu eerst even terug naar het weerwerk van prof. Vreeken. (....) Verder gaat het natuurlijk ook niet aan deze vorm van loting te vergelijken met het loten voor allerhande andere functies. Immers het behalen van het eindexamen geeft het wettelijk recht om verder te studeren, en de wet gaat er ook vanuit dat men daar geschikt voor is. Deze vorm van loting kan daarom niet vergeleken worden met bijvoorbeeld het voorstel om door loting onder het gehele personeel van een fabriek een nieuwe directeur aan te wijzen.


leiden actief


Het volgende stapje in de loting contra selectie polemiek werd gezet door de Leidse hoogleraar Bakker. In NRC/Handelsblad van 31 mei kwam hij met een artikel, waarin hij een verband aantoonde tussen eindexamencijfers voor de exacte vakken en de kans te s1agen voor de propedeuse biologie, scheikunde of farmacie. de hoofdrolspelers


aanpassing


Daarnaast legt selectie op grond van studieprestaties een al te eenzijdige nadruk op aanpassing van de student aan het secundair onderwijs, een bescherming van traditionele onderwijspraktijken, die nieuwe ontwikkeling niet bevordert." "Tenslotte zullen afgewezenen voor een bepaalde studie beschouwd worden als een negatief geselecteerde groep, waarbij de betrekkelijk grote foutenmarge gemakshalve wordt vergeten." De conclusie van Wilbrink en Van der Vleugel liet niet veel misverstand over: "Zolang in Nederland in het middelbaar onderwijs dat voorbereidt op het hoger onderwijs, zo zwaar geselecteerd wordt als helaas nog steeds gebruikelijk is, mag niet verwacht worden dat op korte termijn enigerlei vorm van toelatingsselectie voor het hoger onderwijs anders dan loting, gevonden kan worden die de toets der kritiek zal kunnen doorstaan."

"Daarom is het van belang er nog eens op te wijzen dat loting, waar het gaat om een beperking van aantallen die noodzakelijk wordt geacht, voor alle gegadigden "vooralsnog de meest aanvaardbare, de meest billijke en redelijk valide, de meest objectieve, de meest doelmatige en de meest doorzichtige oplossing" lijkt (W. Wijnen, 1973). Tevens moet worden aangegeven hoe in de toekomst terugkeer naar een absoluut toelatingsrecht kan worden gegarandeerd." Dit standpunt werd Wilbrink en zijn collega door prof. Bakker niet in dank afgenomen. Alhoewel Wilbrink zich in een nota van november 1971 al uitsprak voor een selectie door middel van loting, vond Wilbrink dat hem door de argumentatie van Bakker niet in alle opzichten recht was aangedaan. Dat recht probeerde hij te verkrijgen door in NRC/Handelsblad van 27 september een lang en doorwrocht artikel te schrijven. waarin hij wederom opteerde voor de loting. De reacties daarop enerzijds van de Utrechtse hoogleraren Leppink en Veldkamp en anderzijds van prof. Bakker uit Leiden, deden voor Wilbrink de deur dicht. Er werd zo weinig ingegaan op zijn argumenten en de onzakelijke kritiek ergerde hem zo, dat hij besloot de krantendiscussie te kappen en in een later stadium voor vakgenoten in een wetenschappelijke publicatie de zaken nog eens uit de doeken te doen.


verschil


De Groningse hoogleraar dr Willem Hofstede, deskundige op selectiegebied, ziet een duidelijk verschil tussen de voorstanders van selectie en tussen de voorstanders van loting. Hij is wel van mening dat eindexamencijfers een heel klein beetje meer voorspellende waarde hebben dan dat bij loting het geval is, maar hij geeft de voorkeur aan loting. Hoger onderwijs is immers een vorming waar iedereen recht op heeft. Het succes daarvan komt op de tweede plaats. Daarom kun je de schaarse plaatsen het best verloten. Het enkele genie dat daarbij niet tot zijn favoriete studierichting wordt toegelaten zal er toch wel komen Prof. Hofstee denkt dat voorstanders van de zeveeneenhalf-regeling voornamelijk de doelmatigheid op het oog hebben.




maart 2021 \ contact ben apenstaartje benwilbrink.nl

Valid HTML 4.01!   http://www.benwilbrink.nl/projecten/loten_nf_DeGreef_1974_FC.htm